Werkgever, werkzaam in de schoonmaakbranche, heeft haar medewerkers laten weten dat zij tijdens het uitvoeren van schoonmaakwerkzaamheden altijd een mondkapje moeten dragen. De klanten van werkgever zijn luchtvaartmaatschappijen. De schoonmaakwerkzaamheden bestaan uit het reinigen van vliegtuigen. De vliegtuigmaatschappijen hanteren een strikte mondkapjesplicht op de luchthaven en aan boord van de vliegtuigen.
Eén van de medewerkers weigert om tijdens de werkzaamheden een mondkapje te dragen. Na diverse gesprekken en (schriftelijke) waarschuwingen blijft werknemer dit weigeren.
Werkgever dient een ontbindingsverzoek in bij de kantontrechter vanwege o.a. ernstig verwijtbaar handelen. De kantonrechter gaat over tot directe ontbinding van de arbeidsovereenkomst omdat er sprake is van ernstig verwijtbaar handelen door werknemer. Er wordt aan werknemer geen transitievergoeding toegekend. De kantonrechter oordeelt dat het dragen van een mondkapje in lijn is met de geldende richtlijnen van de luchthaven en het RIVM. In de beoordeling speelt tevens een rol dat werknemer de voortgang van het werkproces heeft belemmerd door zich niet te conformeren aan de geldende gedragsregels met als risico dat klanten van werkgever hun opdrachten intrekken met alle nadelige gevolgen voor werkgever van dien.
Uitspraak Rechtbank Noord-Holland, 5 november 2021, ECLI:NL:RBNHO:2021:10055
Heb je vragen over dit onderwerp of andere arbeidsrechtelijke vragen, neem contact op met Claire Clarijs van Forward Advocaten: c.clarijs@forwardadvocaten.nl